Competentie 1: Methodisch Handelen (MH)

De professional op het gebied van Voeding en Gezondheid werkt systematisch, waar nodig aan de hand van (bestaande) beroepsspecifieke (inter)nationale modellen en richtlijnen, aan een vraagstuk op het gebied van Voeding en Gezondheid en maakt onderbouwde keuzes, resulterend in adequate beroepsproducten.

Leeruitkomst MH-Handeling zorg niveau 2:

De student realiseert, onder begeleiding, op methodische wijze aan de hand van een aangereikt stappenplan, een dienst voor een complexer vraagstuk in de context voeding en zorg en onderbouwt gemaakte keuzes.

Competentie 2: Kennis verwerven en Onderzoek doen

De professional op het gebied van Voeding en Gezondheid beschikt over voldoende kennis in relatie tot de uitvoering van het beroep en verwerft en past nieuwe informatie toe met een kritische grondhouding. De professional kan praktijkgericht (literatuur)onderzoek interpreteren en uitvoeren en resultaten hiervan implementeren in een beroepsproduct.

Leeruitkomst niveau 2:

De student verzamelt voldoende relevante kennis en informatie, wanneer nodig voor het uitvoeren van praktijkgericht onderzoek, analyseert, interpreteert en past deze informatie correct toe op het vraagstuk.

Competentie 3: Organiseren

De professional op het gebied van Voeding en Gezondheid zet, op ondernemende wijze, veranderingen in de samenleving en beroepspraktijk in voor ontwikkeling en realisatie van kansrijke innovaties. De professional draagt zodoende bij aan de ontwikkeling van het werkveld en de verbetering van de gezondheid van de samenleving.

Competentie 4: Ondernemen en innoveren

De professional op het gebied van Voeding en Gezondheid zet, op ondernemende wijze, veranderingen in de samenleving en beroepspraktijk in voor ontwikkeling en realisatie van kansrijke innovaties. De professional draagt zodoende bij aan de ontwikkeling van het werkveld en de verbetering van de gezondheid van de samenleving.

Bron: Handleiding Studeren bij Voeding en Diëtetiek 2122